Sinds de verbeterde Wet Poortwachter uit 2002 is het niet zo makkelijk meer om met een klacht als burn-out in de WAO te verdwijnen. Wie de bekende verschijnselen (oververmoeidheid, slapeloosheid, lusteloosheid) vertoont, komt nu in een intensief traject terecht waarin werkgever en werknemer gezamenlijk de verantwoordelijkheid dragen om die laatste weer zo snel mogelijk het arbeidsproces in te krijgen.
Je hoort er niet zo veel over, maar in een land dat nog altijd wereldkampioen burn-out is, met dergelijke klachten onder tien procent van de beroepsbevolking, betekent zoiets een enorme omslag. Duizenden mensen zien zich gedwongen hun eventuele slachtofferneigingen op te geven en hun ‘klacht’ recht in de ogen te kijken, omdat ze anders na twee jaar op bijstandniveau terecht komen.
In dat licht schreef nationale burnout-specialist Carien Karsten het boek Hart aan het werk - voorkom burn-out. Voor het eerst legt ze daarin niet de nadruk op de behandeling van burn-out, maar op preventie. Karsten ontwikkelde een methode - het ‘Accessprotocol’ - voor mensen om zoveel mogelijk op eigen kracht een uitweg uit hun crisis te vinden, voordat deze tot daadwerkelijke fysieke verlamming leidt. Dit boek is volgens die methode ingedeeld en heet dan ook een zelfcoach-boek te zijn.
Of het doorwerken ervan de ‘burn-outer’ daadwerkelijk op eigen kracht aanzet het crisisstadium te voorkomen, is de vraag. Maar de boodschap van dit boek is een goede: burn-out is het gevolg van veel te lang de verkeerde dingen op de verkeerde manier doen. En daar kun je - eventueel onder begeleiding - op eigen kracht verandering in aanbrengen. Niet door eindeloos in bed te liggen, maar door na de noodzakelijke rust gericht in actie te gaan.
