De voornaamste verandering is volgens Ytsma dat leveranciers van facilities hun activiteiten meer en meer zijn gaan bundelen. Het schoonmaakbedrijf biedt naast schoonmaken diensten als onderhoud en kantoorinrichting aan. Ondersteunende dienstverleners zijn zich gaan ontwikkelen tot zogenaamde main contractors: men bundelt verschillende activiteiten en bieden die onder één paraplu aan. Daarbij maakt het niet uit of ze die diensten zelf leveren dan wel als opdrachtgever handelen richting andere bedrijven die specifieke diensten aanbieden. De main contractor is en blijft het aanspreekpunt voor de opdrachtgevende organisatie. De volgende bundeling van activiteiten is kenmerkend: gebouwgebonden activiteiten, zoals schoonmaak of onderhoud, personeelsgebonden activiteiten, zoals catering of beveiliging, en procesgebonden activiteiten, zoals logistiek of informatievoorziening.
Voor opdrachtgever is dat goed nieuws, omdat de schaalvoordelen die de dienstverlener door de bundeling bereikt, wordt verdisconteerd in de kostprijs, zonder dat de kwaliteit van de afzonderlijke diensten afneemt. Bovendien hoeft de opdrachtgever niet meer voor elke aparte maar noodzakelijke ondersteunende dienst op zoek te gaan naar aparte dienstverleners. En tot slot hoeft hij niet op elke aparte dienst toezicht te houden.
De keerzijde is wel dat iedere onderneming zorgvuldiger dan eerst op zoek moet naar een leverancier van facilitaire diensten. Het gaat namelijk niet meer om incidentele samenwerkingsverbanden voor uiteenlopende diensten, maar om de inhuur van een integraal pakket. De facilitaire dienstverlener is uitgegroeid tot een volwaardige zakenpartner met een even volwaardig totaalpakket aan diensten en producten. En dat maakt dat organisaties hun preferred supplier op dezelfde manier moeten selecteren als bijvoorbeeld de IT-dienstverlener.
Over Pierre Pieterse
Pierre Pieterse was tot februari 2022 hoofdredacteur van Managementboek Magazine.