Recensie

Meisjes zijn niet bèta-dom

'Over de hersenen in het dagelijks leven' is de ondertitel van 'Meisjes zijn niet bèta-dom', het meest recente boek van Marianne Joëls. De Utrechtse hoogleraar neurowetenschappen behandelt daarin op heldere wijze wat er in onze hersenen gebeurt als we ons aanpassen aan het meerderheidsstandpunt en waarom gebouwen kleiner lijken als je zelf gegroeid bent. Een lezenswaardig boek voor wie geïnteresseerd is in de stuurbaarheid en oorsprong van gedrag en de werking van onze grijze cellen.

Bert Thiel | 11 november 2010 | 3-4 minuten leestijd

Eén van mijn collega's is helemaal in de ban van de stroom publicaties op neurowetenschappelijk gebied, die vooral na 'Het maakbare brein' van Margriet Sitskoorn een hoge vlucht nam. Zeker het recent verworven inzicht, dat het onbezonnen, onbestuurbare (maar o zo aandoenlijke) gedrag van pubers en jongvolwassenen tot 25 jaar hun niet altijd aan te rekenen valt, spreekt hem aan. 'Dat kunnen ze eenvoudigweg niet: hun prefrontale cortex is nog niet volgroeid' is een zin die door zijn bezielende invloed bij ons in de pauze regelmatig gebruikt wordt. Volstrekt serieus en met een diepe stem door de aanhangers van de neurobiologen.

Met enige ironie en net te serieuze blik door de aanhangers van de natuurkundeleraar die dit alles neodarwinisme noemt. Maar een interessante discussie blijft het. In hoeverre kunnen wij ons eigen gedrag en dat van anderen beïnvloeden? Is alle gedrag bepaald door de structuur en werking van onze hersenen of bestaat er toch zoiets als een vrije wil? En hoe werken die hersenen dan eigenlijk? Na lezing van 'Meisjes zijn niet bèta-dom' van Marianne Joëls krijg ik toch steeds meer het idee dat ik aan mijn eigen hersenen ben overgeleverd. Marianne Joëls behandelt in het boek een aantal aspecten van onze hersenen in het dagelijks leven. Waarom onthoud je dingen uit je vroege jeugd zo goed? Wat is het verband tussen beloning en gewenst gedrag? Waarom ruik je de zweetvoeten van je grote liefde niet? Waarom pas je je het liefst aan aan het meerderheidsstandpunt? Waarom is de alfa-aap het minst stressgevoelig en de apen net onder de alfa het meest? Hebben meisjes minder talent voor b-vakken dan jongens? Heeft een violist andere hersenen dan een pianist? Hoe ontstaat agressie en wat is chronische pijn? Het antwoord op al deze vragen is volgens Joëls bepaald door de werking van onze hersenen. Ze beschrijft gedetailleerd en zeer begrijpelijk wat er neurobiologisch gezien in onze hersenen gebeurt als we terechtkomen in een bepaalde situatie (verliefdheid of angst bijvoorbeeld). Welke delen van de hersenen dan actief worden of juist niet - er staat een handig en overzichtelijk kaartje achter in het boek -, welke neurotransmitters er eventueel worden afgescheiden en welke chemische verbindingen er worden gevormd. Vaak geeft ze ook aan hoe onderzoek naar zo'n hersenactiviteit in zijn werk gaat. En nee, geen enge verhalen over arme muisjes in laboratoria. Nou ja, eentje dan. Alle wetenschap zit ingebed in een gefingeerd bezoek aan een reünie van haar oude school. Dat is een aardige kapstok, maar op een bepaald moment kreeg ik toch sterk de indruk dat de auteur een cursus creatief schrijven te veel gevolgd heeft. Soms doet haar verhaal wel erg gekunsteld aan. 'Vanuit dit raam zag ik het toen gebeuren, precies vanaf halverwege de gang op de eerste verdieping' als flinterdun bruggetje naar een verhaal over agressie; 'In de verte zie ik ineens mijn jeugdliefde in de gang op me aflopen' als eerste zin van het - zeer lezenswaardige - stukje over verliefdheid. Dat ze een inmiddels groot ondernemer blijft aanduiden met zijn vroegere bijnaam Bertje, werkte me op mijn lachspieren. Helaas is ook haar zinsbouw en kommagebruik niet altijd even geweldig, waardoor soms de vaart flink uit de tekst verdwijnt. En dat is jammer. Want die gekunsteldheid en soms moeizame stijl doen afbreuk aan het interessante verhaal dat Marianne Joëls te vertellen heeft. Zij is één van die wetenschappers die de kunst verstaan zeer eenvoudig over zeer complexe zaken te schrijven. Jaloers makend!

Over Bert Thiel

Bert Thiel (1961) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde in Leiden. Hij gaf ruim dertig jaar les in het voortgezet onderwijs. Nu leest, dicht en schrijft hij.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Boek bij dit artikel

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden