Bloed van Rose George bevat negen (bloedstollende) verhalen over bloedbanken en -transfusies, bloedzuigers en infecties, menstruatie en hygiëneproducten. George is een doortastende en betrokken journalist, met een goed gevoel voor ethiek en humor in haar pen.
Het boek begint persoonlijk. George ligt met een slang in haar arm terwijl ze bloed doneert en beschrijft hoe alles in de kliniek draait om dankbaarheid. Daarop draait het systeem van vrijwilligers in het Verenigd Koninkrijk, Nederland en veel andere Europese landen. Een systeem dat vele malen veiliger betrouwbaarder is dan betaalde donaties, dat risicogroepen aantrekt en mensen aanzet tot een leugentje over hun gezondheid en leefstijl. Ze bezoekt het grootste logistieke centrum voor bloedproducten in het VK terwijl ze vertelt over volbloed en plasma, over witte bloedcellen (die in het VK standaard verwijderd worden vanwege risico op Creutzfeldt-Jacobsziekte).
Het verhaal over de ontstaansgeschiedenis van bloedbanken en bloedtransfusies is misschien wel dé reden om dit boek te lezen. De belangrijkste held is Janet Vaughan, die toevallig ook decaan is geweest op het Oxford college waar George zelf heeft gestudeerd. Vaughan was de drijvende kracht achter de totstandkoming van bloedbanken en logistiek voor transfusies. Dit speelde zich af in de jaren voor de oorlog met als zeer realistisch dreigingsbeeld een (lucht)aanval op London. Ook in dit verhaal komt ze terug op de vrijwilligheid als pilaar onder het donatiesysteem.
In geuren en kleuren vertelt George over haar bezoek aan een bloedzuigerkweker in Wales. Deze diertjes worden nog steeds gebruikt bij plastische chirurgie om bloedstollingen te voorkomen en op te ruimen. Ze vertelt over de duistere geschiedenis van plasmadonatie, waar donoren wel worden betaald en wat in de jaren tachtig allerlei besmettingen van HIV en Hepatitis C heeft veroorzaakt. Aangezien dit plasma vooral bestemd was voor hemofiliepatiënten die anders toch vroeg zouden komen te overlijden, heeft men dit risico te lang voor lief genomen. Later heeft het tot een doofpotaffaire geleid waar de Britse overheid nooit excuses voor heeft uitgesproken. We reizen naar een plasmabedrijf in een arme provincie in Canada en zien dat nog altijd risicogroepen afhankelijk zijn van inkomsten uit plasmadonatie.
In het dankwoord schrijft George dat het idee voor dit boek voortkomt uit een van haar eerdere boeken over sanitatie. Mensen vroegen haar over zaken rondom menstruatie, zoals de taboes en uitsluiting, en eigenlijk alles waar vrouwen tegenaan lopen. Dit speelt met name in ontwikkelingslanden, maar met voorbeelden zoals over beren die zogenaamd op ongestelde vrouwen af zouden komen laat George zien dat we hier ook nog niet zijn. Af en toe laat ze iets vallen over haar eigen aandoening, endometriose waardoor ze last heeft van verdwaalde stukjes baarmoederslijmvlies. Ze is al vroeg in de overgang gekomen wat tijdens het schrijven van dit boek regelmatig stemmingswisseling en vermoeidheid heeft veroorzaakt. George is eveneens open in haar reflecties en commentaren bij de interviews die ze heeft gevoerd in het boek. Bij alle onderwerpen toont ze de mensen om wie het gaat. Ze is alert op de ethische aspecten van gezondheidszorg. Alles met een kwinkslag wat maakt dat het een heel prettig boek is. Over bloed wist ik niet veel en dankzij George heb ik er zeer veel van geleerd.
Over Freija van Duijne
Freija van Duijne was van 2013 tot 2018 voorzitter van de Dutch Future Society. Zij heeft meer dan tien jaar werkervaring als toekomstverkenner en strateeg in diverse overheidsorganisaties. Freija werkt vanuit haar bedrijf Future Motions en geeft trainingen en lezingen op gebied van toekomstverkennen.