‘De ouderwetse baas’ is van het toneel verdwenen, zo staat er in het rapport. ‘De baas is van een "u" een "jij" geworden.’ Of in de woorden van Reynier van Bommel, algemeen directeur bij schoenenfabriek Van Bommel: ‘Tegen mijn opa zeiden ze meneer Van Bommel. Tegen mijn vader, meneer Frans en tegen mij zeggen ze Reynier. Dat zegt iets over mijn stijl van leidinggeven.’
Tot zover het goede nieuws voor de leiders, want er zit licht tussen hoe de leiders zichzelf inschatten, en hoe werknemers ze zien. Dat begint al bij het aantal keer dat de baas koffie haalt voor zijn werknemers. Volgens 38% procent van de medewerkers haalt de baas regelmatig koffie of thee voor ondergeschikten, terwijl bijna het dubbele percentage leiders zegt dat ze vaak met meer dan één kop thee of koffie terugkeren van de koffiehoek.
Als het aankomt op de leiderschapsstijl, dan lopen de meningen ook enigszins uiteen. Zoals op weblog Das Kapital wordt verwoord: ‘De plaat voor de kop van managers aangetoond in een grafiek’. Als leiders zich baseren op objectieve feedback (360 graden feedback of laag ziekteverzuim) en subjectieve feedback (motivatie van medewerkers of het aantal klachten), dan is 84 procent van de leidinggevenden tevreden tot zeer tevreden over de eigen leiderschapsstijl. Dat is dus een verschil van 20 procent met de werknemers.
Slechts 1% van de leiders is (zeer) ontevreden over de eigen leiderschapsstijl, terwijl 21 procent van de werknemers dat is. Ze ervaren hun leider als ‘niet coachend’ of iemand die ‘weinig aandacht heeft voor de "mens" achter de werknemer’. Andere redenen voor ontevredenheid zijn gebrek aan aansturing en het ontbreken van een visie.
Wellicht een mooi verbeterpunt voor leiders dit jaar: beter reflecteren. Bijvoorbeeld met ‘Reflecteren: de basis - Op weg naar bewust en bekwaam handelen’ van Mirjam Groen. Misschien dat volgend jaar de gaten van 20 procent zijn verkleint.
