Ik was helemaal alleen op de weg. Geen enkele andere auto te bekennen. Maar Hennie hield me gezelschap. Ik hoorde zijn mooie stem op de radio waar hij door een vriendelijke mevrouw van BNN geïnterviewd werd. Met Hennie bedoel ik Hennie van der Most, bekend recreatieondernemer uit Slagharen.
Ik weet van Slagharen niets anders dan dat ik er ooit van een pony ben afgevallen, omdat dat stomme beest zo nodig gras moest eten en omdat ik zo nodig moest kijken wat het aan het eten was. Ik duikelde voorover en de pony zocht het hazenpad. Ik haalde met mijn vingers de modder uit mijn haren en besloot nooit meer mijn gezicht in Slagharen te laten zien.
En nu was daar Hennie, de man uit dat vermaledijde Slagharen. Inmiddels is hij, zo begreep ik uit het interview, 62 jaar oud. Ooit met moeite de LTS afgemaakt en als ‘krullenjongen’ in een metaalfabriek met werken begonnen. Nu is Hennie een rijke ondernemer, een managementgoeroe die ook boeken schrijft en daarnaast ook nog eens politicus tegen wil en dank. Daarbij blijkt hij van zowel VVD als CDA lid te zijn en dat helemaal niet vreemd te vinden. Je bent ondernemer of je bent het niet.
Maar ik vergaf hem, want ik vond hem best sympathiek, al was het alleen al omdat hij ongeveer hetzelfde accent heeft als ik. Vooral door dat stemgeluid verspreidde zich in mijn auto een ongehoorde behaaglijkheid. Ik voelde me thuis bij Hennie. Zijn stem leek op die van mijn oom die overigens ook Hennie heette, Hennie ten Bos in plaats van Hennie ter Most. Maar niemand weet nog wie mijn oom was.
Het was alsof door dat interview met Hennie de Tweede, de duisternis buiten alsmede het geklater van de regen op mijn auto alles op zijn plaats viel. Het leven, mijn achtergrond, alles kreeg door mijn samenzijn met Hennie de Tweede zin, ook de relatie met Hennie de Eerste, een man die ik echt heel graag mocht. Het was een moment van pure epifanie.
Natuurlijk wist ik wel dat Hennie de Tweede af en toe dingen uitspookt die niet iedereen even fijn vindt. Als er ergens een bos gekapt wordt, dan zegt hij dat hij het bos heeft uitgedund. Als hij met de helikopter in een vijvertje terechtkomt, dan zegt hij dat hoge bomen veel wind vangen. En als mensen het met hem oneens zijn, dan zegt hij dat er sprake is van een misverstand. Hennie de Tweede kan zich namelijk niet voorstellen dat mensen het met hem oneens zijn. Al die dingen kan ik hem gemakkelijk vergeven, zeker ook omdat hij naar eigen zeggen megasociaal is. Zo definieert hij ook de ondernemers in het land: door en door sociale mensen, ook al moet je ze zorgvuldig onderscheiden van zzp’ers en de bazen van beursgenoteerde ondernemingen, die allemaal vooral aan zichzelf denken.
Hennie de Tweede is niet van het woord, hoor ik hem zeggen. Hij is meer van het doen. In dit land wordt veel te veel gekletst. Bureaucraten zorgen daarvoor. Politici, academici, psychologen – allemaal creëren ze een woordenbrij. Dit land, zegt Hennie de Tweede, heeft geen woorden nodig, maar handjes. Zijn prachtige metonymische taalgebruik – het gaat om een zogenaamde pars pro toto, maar dat zal hem verder worst wezen – resoneerde nog na toen ik langzamerhand het Velperbroek-circuit naderde. Handjes! In Noord-Engeland werden de mijnwerkers vroeger aangeduid met de term hands. Critici vonden het een dehumanisering van de arbeider, maar al die stomme socialisten begrijpen de kracht van metonymisch spreken niet. Dat begon ik te begrijpen toen ik over het Velperbroek-circuit reed. Maar Hennie begreep het al langer.
Hij begrijpt alles al veel langer.
En terwijl in de verte langzaam maar zeker de AKZO-fabrieken van Arnhem voorbij schoven, keek ik ineens naar mijn handen die zich aan het stuur hadden vastgeklemd. Klein, vadsig, lelijk. Vervellend. Echt handjes die niet te vertrouwen zijn. Handjes die niet tegen kou en water kunnen. Handjes die je koste wat het kost thuis moet houden. En bij dat besef zette ik de radio vol zelfwalging af.
Over Rene ten Bos
René ten Bos (1959) is hoogleraar filosofie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en honorary professor aan de Universiteit van St Andrews in Schotland. Hij is voornamelijk geïnteresseerd in kritische management theorieën en heeft gepubliceerd over verschillende onderwerpen, zoals organisatie-ethiek, strategisch management en genderstudies.