De traditionele keuken werd aldus gemarginaliseerd door de gemiddelde Nederlandse smaak van de jaren ‘70, en zo vergaat het ook vaak vrouwen in overwegend door mannen bevolkte ‘boards’. Hoewel er studies zijn die aantonen dat vrouwen echt iets kunnen toevoegen en dat RvB’s met twee of meer vrouwen gemiddeld genomen aantoonbaar beter presteren, is het percentage topvrouwen in Nederland nog altijd bedroevend laag. Minstens zo erg is het feit dat het handjevol vrouwen dat de bovenkant van de bedrijfspiramide wel bereikt vaak geacht wordt om louter mannelijk gedrag te vertonen. Resulterend in oneigenlijke concessies. Een serieuze denkfout, want een groot deel van de kracht zat juist in de complementariteit.
Gelukkig zijn er enkele CEO’s die serieus werk maken van diversiteit. De echt vooruitstrevende topbestuurders snappen overigens dat je daarbij beter niet kunt doen aan positieve discriminatie. Hoewel vrouwen iets toevoegen, heb je ook hier te maken met goede en minder goede varianten. Of zoals Neelie Kroes, zelf overtuigd voorvechter van vrouwelijke arbeidsparticipatie, opmerkte tijdens een interview dat ik pasgeleden met haar had: ‘Er zijn diehards en doetjes, dat is bij vrouwen niet anders.’
Iemand die al vroeg door had dat het zinvol is om een managementteam bewust uit te rusten met andersdenkenden, is voormalig BT-topman Ben Verwaaijen. Binnen de hoogste managementlagen van zijn bedrijf creëerde hij destijds een palet aan nationaliteiten. Mannen en vrouwen, maar vooral representanten van verschillende culturen. Sir Ben deed dat niet omdat hij hoog wilde scoren in de ‘diversity polls’, maar omdat hij overtuigd is dat een CEO die zich bewust omringd met sterke mannen en vrouwen die van tijd tot tijd anders durven denken, iets toevoegen aan het business model en aan de collectieve prestatie. Deze verschillen in cultuur en geslacht leiden volgens Verwaaijen tot een ‘conflict with a smile!’ Complementariteit dus die je moet stimuleren en koesteren.
Hoewel de arbeidsparticipatie van vrouwen aan de top in Nederland nog altijd extreem laag is, komen er wel meer serieuze initiatieven. Uiteraard valt dit toe te juichen, want het zal leiden tot het besef dat vrouwen echt iets toevoegen. Met als resultaat dat bestuursvoorzitters actief op zoek gaan naar vrouwelijk talent. Een onbedoeld neveneffect is wel dat andere vormen van diversiteit nauwelijks aandacht krijgen. Ik hoop daarom dat de eerste generatie topvrouwen straks ook werk maakt van het binnenhalen van toptalent met een andere etnische of culturele achtergrond. Een Turkse vrouwelijke baas van Unilever met een imponerende marketingachtergrond, dat lijkt me wel wat!