De Man trok vervolgens als een ware Messias door het verpauperde land om de werklozen de blijde socialistische boodschap te brengen. Op een meeting in Luik in november 1934 zei hij: ‘De rollen moeten worden omgekeerd: in het vervolg moet de staat kunnen bevelen aan de banken, in plaats van door de banken bevolen te worden!’ Enkele weken later in Mechelen wees hij de zondebokken aan: ‘Iedereen mag meehelpen, behalve de heeren bankiers. Die hebben afgedaan, die moeten op hun knieën!’
De tijden van het Plan lijken helemaal terug. Economen en politici verwijzen bezorgd naar de beurskrach van 1929 en kondigen het failliet van het Angelsaksische roofkapitalisme aan. Het IMF spreekt van de ergste crisis sinds de jaren dertig. Tal van staten voeren nationalisaties uit om hun vallende banken een vangnet te bieden. Ineens blijken de smalle marges van de democratische politiek een stuk breder dan gedacht. Er is geen sprake meer van TINA en van de superioriteit van het neoliberale marktmodel. De staat wordt gezien als de enige sociale institutie die het economisch vertrouwen kan herstellen in het zicht van de dolgedraaide geldcarrousel.
Die revolutie van bovenaf is het duidelijkst zichtbaar in Engeland, het eerste land dat als gevolg van de kredietcrisis een bank (Northern Rock) moest nationaliseren. Vorige week stonden acht andere banken in de rij voor een noodfonds van 63 miljard euro, waardoor de overheid in één klap mede-eigenaar werd van een groot deel van de financiële sector. De nieuwe nationalisatiegolf was nodig want ‘de markt functioneerde niet meer’, aldus premier Brown. Zo beleeft Engeland het abrupte einde van de neoliberale revolutie die in 1979 door Margaret Thatcher werd begonnen en door Tony Blair én Gordon Brown werd voortgezet. Nederland is inmiddels eigenaar geworden van Fortis/ABN Amro en een belang genomen in ING, België en Frankrijk hebben Dexia opgekocht, IJsland is bijna failliet en heeft al zijn banken genaast. Deskundigen als de Belgische econoom De Grauwe stellen nu dat andere EU-landen niet kunnen achterblijven, en dat de enige oplossing schuilt in een radicale nationalisatie van de gehele financiële sector.
Volgens De Man onthulde de crisis van de jaren dertig opnieuw de ‘inwendige gespletenheid’ van het kapitalisme. De economische structuurcrisis had zich verdiept tot een cultuur- of waardencrisis, die het geloof in de door het kapitalisme gevestigde waardenordening had geschokt en vernietigd. Twee arbeidsmotieven streden met elkaar om de voorrang: de financiële winzucht en het streven naar efficiëntie, vakmanschap en professionaliteit. In navolging van de Amerikaanse socioloog Thorstein Veblen plaatste De Man de financier tegenover de ingenieur of de technicus (we zouden nu de algemene term ‘professional’ gebruiken). De laatsten moesten werken onder mensen die uitgingen van zedelijke waarden (het geldmotief) die lager stonden dan de hunne. Voor de financiers was het werk van anderen slechts een middel tot eigen zelfverrijking. Al met al een opvallende overeenkomst met de huidige discussie over de beroepseer van professionals die zuchten onder het juk van hun ‘marktconforme’ managers.
Ook nu worden we geconfronteerd met de rampzalige gevolgen van een parasitair woekerkapitalisme en van de ongebreidelde hebzucht. Net als in het Plan werd voorzien wordt in reactie daarop de kredietverschaffing in heel Europa weer gedeeltelijk gesocialiseerd. Net als in het Plan kan dit de aanzet zijn tot een gemengde, pluralistische, meer sociale economie waarin verschillende eigendomsregimes (statelijke, semistatelijke en private) naast elkaar bestaan, in een flexibel systeem van directe en indirecte marktsturing dat de ongewenste uitwassen van het kapitalisme kan beteugelen.
Er is wel één cruciaal verschil met het crisissocialisme van de jaren dertig. Daarin kreeg de nationale socialisatie voorrang boven de internationale. Maar in onze tijd is nationale regie onvoldoende, en kan socialisatie van het kredietwezen alleen maar betekenen dat Europese politieke organen zoals de Commissie, het Parlement, de ECB en de EIB een cruciale toezichthoudende en regulerende rol gaan spelen. Zo kan de kredietcrisis een nieuwe impuls geven aan het typisch Europese project van het sociale kapitalisme, en zelfs een nieuw Europees patriottisme voeden. Socialisme in één land is een gepasseerd station. Bedenk ook dat de socialistische leuze ‘Brechung der Zinnsherrschaft’ oorspronkelijk afkomstig was van de Nazi’s. Geen wonder dat de Duitsers nu wat treuzelen bij de nationalisatie van hun eigen bankensector.
Over Pierre Pieterse
Pierre Pieterse was tot februari 2022 hoofdredacteur van Managementboek Magazine.