Hoe neem je als leidinggevende afscheid van de meer klassieke, controlerende manier van leidinggeven en maak je de overstap naar coachend leidinggeven gebaseerd op het geven van vertrouwen? Om dat te bereiken, moet je eerst inzicht krijgen in je eigen gedrag en functioneren, stelt Marjan Haselhoff in De moed om te vertrouwen. Want je kunt alleen vertrouwen geven als je vertrouwen hebt in jezelf en je valkuilen en angsten accepteert. Deze acceptatie geeft je de kracht en rust om de teugels te laten vieren en een coachende leider te worden.

Elke organisatie zou een formeel mentoringprogramma moeten hebben, stelt de Amerikaanse leiderschapsdeskundige Ken Blanchard in De One Minute Mentor. Dergelijke relaties hoeven niet veel tijd te kosten, en leiden bijna altijd tot een win-win-situatie. ‘Managers die tevens mentor zijn hebben een zes keer grotere kans om promotie te maken.’

Ger van Doorn en Marijke Lingsma schreven het nieuwe standaardwerk voor coaches. In De vijf kritieke succesfactoren voor coaching (‘Kennis en kunde voor de competente coach’) krijgen coaches een theoretische en praktische basis mee voor hun werkzaamheden.