Recht, staat en democratie

Specificaties
Gebonden, 380 blz. | Nederlands
Wolters Kluwer | 1e druk, 2020
ISBN13: 9789013159967
Rubricering
Hoofdrubriek : Juridisch
Wolters Kluwer 1e druk, 2020 9789013159967
Verwachte levertijd ongeveer 8 werkdagen

Samenvatting

Hoe ziet de toekomst van de democratische rechtsstaat eruit? Wat is eigenlijk de strekking en betekenis van deze rechtsvorm? In deze titel vindt u een verdiepend antwoord op dergelijke fundamentele vraagstukken, met daarbij een scherp oog voor patronen en concepten die in de ontwikkeling van democratie en rechtsstaat zijn waar te nemen.

'Recht, staat en democratie' Verzameld Werk tekent een portret van de huidige en toekomstige democratische rechtsstaat. Het boek biedt context en verdieping en legt daarbij een sterke nadruk op patronen en concepten die in de ontwikkeling van democratie en rechtsstaat zijn waar te nemen.

De rode draad in deze titel is het uitgangspunt dat niet alleen nationale regels van recht de kern vormen van het rechtsstatelijke gebouw. Ook de talrijke decentrale vormen van normgeving en niet-juridische normen zijn van een gelijk - en misschien nog wel groter - belang dan het statelijke recht. Vanuit dit uitgangspunt biedt de auteur een bijzonder perspectief op vraagstukken op het vlak van Recht, staat en democratie.

Aan de ene kant is rechtsvorming een belangrijk onderdeel van gedragsnormen, waarbij deze gedragsnormen op hun beurt waken voor een harmonieuze samenleving. Aan de andere kant dient de opening van het recht naar de samenleving te allen tijde groot te zijn. Indien maatschappelijke problemen zonder het recht kunnen worden opgelost, is dat een route die beslist niet uit het oog moet worden verloren. Want in zeker opzicht kan iedere noodzaak voor rechtsvorming ook als een nederlaag van de samenleving worden gezien.

Democratie en rechtsstaat
De titel biedt inzichten en verdieping die aansluiten op de actuele discussies over de toekomst van de democratische rechtsstaat en strekking en betekenis van de rechtsvorming daarin. De uitgave bevat relevante inzichten voor iedereen die belangstelling heeft voor thema’s als:
- Het staatsrecht
- De staatsleer
- Algemene vraagstukken van democratie en rechtsstaat
- Ontwikkelingen in het politieke stelsel

Specificaties

ISBN13:9789013159967
Taal:Nederlands
Bindwijze:gebonden
Aantal pagina's:380
Druk:1
Verschijningsdatum:29-9-2020
Hoofdrubriek:Juridisch

Over D.J. Elzinga

Prof.mr.drs. D.J. Elzinga is hoogleraar Staatsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Andere boeken door D.J. Elzinga

Inhoudsopgave

VOORAF / V

DEEL 1. PROLOOG / 1
OPSTEL 1 De waarde van een relatief rechtsbegrip / 3
1.1 De geschiedenis van de boosaardige en rechtschapen Troglodieten / 3
1.2 De rechts- en vrijheidsconceptie van Montesquieu / 5
1.3 Het specifieke karakter van het Nederlandse staatsrecht / 14
1.4 De waarde van een relatief rechtsbegrip / 19
Gebruikte literatuur in opstel 1 / 26
OPSTEL 2 Oculi Iustitiae. De Symbolen van Vrouwe Iustitia / 27
2.1 Bodo Kampmann / 27
2.2 Van Ma’at en Dikè tot de aartsengel Gabriël / 29
2.3 Iustitia als spiegel van de tijd / 32
2.4 Toujours d’un droit qui nait, une liberté meurt / 36

DEEL 2. GRONDSLAGEN / 39
OPSTEL 3 De moderne staatsidee / 41
Over de leer van de rechtssoevereiniteit van Hugo Krabbe
3.1 Inleiding / 41
3.2 De persoon van Hugo Krabbe / 42
3.3 De moderne staatsidee / 44
3.4 De leer van het individuele rechtsbewustzijn / 47
3.5 De kritiek op Krabbe’s rechtsbenadering / 52
3.6 De betekenis van Krabbe tegen de achtergrond van zijn tijd / 54
OPSTEL 4 De democratische rechtsstaat als ontwikkelingsperspectief / 59
Over ‘machtsregulering’ als ontwikkelingslijn
4.1 Algemeen referentiekader / 59
4.2 Van absolute macht naar democratische rechtsmacht / 61
4.3 Verdergaande vormen van machtsregulering / 63
4.4 Het machtselement in het recht / 65
4.5 De tegenwoordige democratische rechtsstaat als producent van macht / 68
4.6 Vooruitgang en terugval in de democratische rechtsstaat / 70
4.7 Van een ‘top-down’- naar een ‘bottom-up’-benadering / 72
OPSTEL 5 De uitzonderlijke rechtsbronnentheorie van Eugen Ehrlich / 77
5.1 Chernovtsy / 77
5.2 Levensloop / 78
5.3 Uitzonderlijke rechtsbronnentheorie / 79
5.4 Het recht als sociale ordening / 80
5.5 ‘Die Tatsachen des Rechts’ / 81
5.6 Rechtsnormen en andere sociale normen / 82
5.7 ‘Schutzrecht’ en ‘Eingriffsnormen’ / 84
5.8 De staat en het recht / 85
5.9 Het primaat van het levende recht / 85
5.10 Een inductieve rechtswetenschap / 86
5.11 De machtige staat / 87
5.12 Kelsen versus Ehrlich / 87
5.13 De rechtstheoretische plaats van Ehrlich en Kelsen / 90
5.14 De actuele betekenis van het debat Ehrlich versus Kelsen / 91
OPSTEL 6 De rechtsstaat en het hiërarchische kwaliteitsdenken / 93
Pleidooi voor een omgekeerde ‘Stufenbau’ in het rechtsstaatconcept
6.1 De staat van het recht / 93
6.2 De toenemende samenval van staat en recht / 95
6.3 Gewenning en fixatie / 96
6.4 Multipliers in het rechtsproces / 97
6.5 Het hiërarchische kwaliteitsdenken / 100
6.6 De ‘omgekeerde Stufenbau’ van Eugen Ehrlich / 102
6.7 De zwakke stee in het klassieke rechtsstaatconcept / 104
6.8 De gedecentraliseerde en gedejuridiceerde ‘staat van het recht’ / 106
OPSTEL 7 Het substraat van de wet / 109
Over transplantatie, concordantie en rechtsvervreemding
7.1 Moord en doodslag / 109
7.2 Transplantatie en concordantie / 110
7.3 ‘Brusselse maatregelen’ / 113
7.4 Het hiërarchische kwaliteitsdenken / 114
7.5 Het andere en minder bekende halfrond van de juridische wereld / 115

DEEL 3. GRONDWET / 119
OPSTEL 8 De betekenis van de Nederlandse Grondwet in de 19e eeuw / 121
8.1 Inleiding / 121
8.2 Regulering van macht / 123
8.3 Het karakter van de Grondwet in de negentiende eeuw / 124
8.4 Het karakter van andere Europese grondwetten / 128
OPSTEL 9 Saevis tranquillus in undis / 137
Vier constituties in één Grondwet
9.1 Vooraf / 137
9.2 De gekozen invalshoek: juristen-myopie / 137
9.3 Juristenconstitutie versus slaperdijkconstitutie / 138
9.4 Vier grondwetten binnen één constitutie / 139
9.5 Divergerende grondwetsbeelden / 142
9.6 Zeven vuistregels voor de grondwetgever / 145
9.7 Herzie de herzieningsprocedure / 148
OPSTEL 10 Historisme, grondwet en representatie / 149
Over het belang van staatsrechtelijke dogmatiek
10.1 Inleiding / 149
10.2 Het historisme / 149
10.3 Restfunctie / 152
10.4 Historisme ongeschikt als juridisch denkkader / 155
OPSTEL 11 Staatsrechtbeoefening in Nederland / 157
Over theoretisch agnosticisme en positiefrechtelijke fixaties
OPSTEL 12 Vier grondregels voor grondwetsinterpretatie / 165
12.1 Inleiding / 165
12.2 Grondwetsinterpretatie als contextueel probleem / 166
12.3 Het grondwetsdenken in Nederland / 169
12.4 Grondwetsinterpretatie in Nederland / 172

DEEL 4. MONARCHIE / 181
OPSTEL 13 Monarchie en constitutioneel neutrum / 183
13.1 Inleiding / 183
13.2 Koninklijke ‘auctoritas’ en ‘potestas’ in het 19e -eeuwse Nederland / 184
13.3 Het koningschap als thermometer van de politieke en maatschappelijke conjunctuur / 188
13.4 De transformatie van het Nederlandse koningschap na 1945 / 190
13.5 Een constitutioneel neutrum als onmisbaar bestanddeel van een pluriforme democratie / 192
13.6 Het Nederlandse koningschap als onderdeel van het constitutionele neutrum / 194
13.7 Koningschap en democratie / 197

DEEL 5. HET KONINKRIJK / 199
OPSTEL 14 Over de verhouding tussen staatsrecht en strafrecht / 201
Is het strafrecht een goed instrument ter realisering van ‘good governance’?

DEEL 6. PARLEMENT EN DEMOCRATIE / 217
OPSTEL 15 De paradox van de politiek / 219
Over de betekenis van politieke vrijheden en de waarde van institutionele arrangementen
15.1 Introductie / 219
15.2 De paradox van Weber oftewel de paradox van de politiek / 224
15.3 De twee-eenheid van vertrouwen en politiek / 226
OPSTEL 16 The constitutional position of the political party in the Netherlands / 233
16.1 General perspective / 233
16.2 The constitutional position of the Dutch political party / 237
16.3 The functions of political parties / 239
16.4 The balance between formal voter democracy and actual party democracy / 241
OPSTEL 17 Partijbinding en politieke moraliteit / 245
17.1 Fruin versus Groen / 245
17.2 Kiezersdemocratie versus partijendemocratie / 250
17.3 (Grond)wettelijke norm versus (partij)politieke moraliteit / 253
17.4 Juridische binding versus vrijwillige zelfbinding / 255
17.5 Neutraal recht versus niet-neutraal recht / 257
OPSTEL 18 De doctrine van de politieke ministeriële verantwoordelijkheid / 261
18.1 Inleiding / 261
18.2 De staatsrechtelijke norm / 262
18.3 De doctrine in de praktijk / 270
18.4 Verantwoordelijkheid en verwijtbaarheid / 273
18.5 Volle politieke verantwoordelijkheid / 278
18.6 De doctrine als wakerdijk / 280
OPSTEL 19 De strafrechtelijke ministeriële verantwoordelijkheid / 283
19.1 Inleiding / 283
19.2 Wettelijke regeling / 285
19.3 Het forum privilegiatum / 288
19.4 De beoordeling van het stelsel / 293
OPSTEL 20 Parlementaire onschendbaarheid voor volksvertegenwoordigers / 299
Verouderd instituut of onmisbare bescherming?
20.1 Inleiding / 299
20.2 Twee verschijningsvormen / 300
20.3 Historische ontwikkeling / 300
20.4 Nederlandse context / 302
20.5 Grondwettelijke regeling / 304
20.6 Reikwijdte parlementaire onschendbaarheid / 307
20.7 Handhaving of afschaffing van de parlementaire onschendbaarheid? / 311

DEEL 7. DECENTRALISATIE EN OPENBAAR BESTUUR / 317
OPSTEL 21 Decentrale autonomie als rechtsbeginsel en als politiek beginsel / 319
21.1 Inleiding / 319
21.2 Rechtsbeginsel / 319
21.3 Politiek beginsel / 323
21.4 Decentrale autonomie als grensnorm en instructienorm / 326
21.5 Conclusie / 330
OPSTEL 22 Een constitutioneel organogram voor het openbaar bestuur / 331
22.1 Valkuilen, dilemma’s en kip-ei-verhoudingen / 331
22.2 Wat is een constitutioneel organogram? / 334
22.3 Het kip-zonder-kop-debat in Nederland / 336
22.4 Bouwstenen voor een constitutioneel organogram / 339
22.5 Het grote verhaal / 342

DEEL 8. EPILOOG / 343
OPSTEL 23 Hoeveel politiek kan een democratie verdragen? / 345
Over ‘politicide’, ‘legal transplants’ en de zoektocht naar de grenzen van het politieke domein
23.1 De politicus: vriend of vijand van de democratie? / 345
23.2 Max Weber en de Weimarrepubliek / 347
23.3 De democratie-paradox van Hannah Arendt / 348
23.4 ‘Politicide’ in allerlei vormen en maten / 349
23.5 De weduwe Rost van Tonningen en gelegenheidswetgeving / 351
23.6 Constitutionele rechtspraak: regressie of vooruitgang? / 352
23.7 Koningin Beatrix en de kabinetsformatie / 353
23.8 IJzige kou in Vilnius / 355
23.9 ‘Legal transplants’ in de Cariben / 356
23.10 De Europese Unie onder druk / 356
23.11 De ‘politiek’ als Januskop / 357
OPSTEL 24 Rechtsstaat en democratie in Aruba / 361

Rubrieken

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden

        Recht, staat en democratie